Via net internet boekten Eveline en ik een ‘drive and survive’pakket naar Dreamlakes te Orconte, vlakbij de Franse stad Vitry le Fran�ois. Op de internetsite prijkten veelbelovende foto’s van grote karpers op groot uitziende wateren! Dreamlakes bestaat uit vijf verschillende vijvers. Het eerste en het tweede meer zijn over het algemeen al een jaar vooruit volgeboekt door hoofdzakelijk Engelse vissers. Ik had geboekt op vijver drie. Bij aankomst viel alles enorm tegen. Ik had kort daarvoor een sessie op Domaine de Saint Christophe gehad. Het heldere mooie blauwe water stond nog op mijn netvlies gebrand. Ik moest nu kennismaken met een vierkante put van vier hectare met een donkerbruine kleur, vol met wierbedden (niet alleen wierbedden!). Wij arriveerden een dag van tevoren en namen een hotelletje in de buurt, want ‘s ochtends om 07.00 uur zouden de 10 stekken via loting verdeeld worden (hoe bedoel je hengeldruk?). We besloten om de avond ervoor even poolshoogte te gaan nemen en een blik op het water werpen. Bij aankomst werd meteen duidelijk dat er alleen Engelse aanwezig waren. De met tatoeages beschilderde heren stonden met een kegel gezellig hun laatste dag te vieren. Ik vroeg naar de vangsten van afgelopen week. Deze waren niet bijzonder. Men verwees naar de enorme hitte die het vissen bijna onmogelijk had gemaakt. Tijdens deze conversatie met de Engelse collega-visser, ontstond er achter ons een hoop tumult. Ik draaide mij om om te kijken wat er allemaal aan de hand was… Ik zag een dikke slang spartelen aan een onderlijn! Ik voelde de wereld om mij heen draaien en wilde de kortste weg richting Den Haag inzetten! Ik heb namelijk een fobie voor slangen. De slang werd er door een stoere (de enige niet getatoeëerde visser!) kerel rustig vanaf gehaald. De overige vissers stelde voor om de slang in een aasemmer te doen van een collega visser! Ik moet mij toch even niet voorstellen dat ze dit geintje bij mij zouden uithalen. Ik weet niet of ik dit zou overleven (dit geldt overigens dan ook voor de grapjas die het zou doen). Na veel heen en weer gepraat besloot deze stoere visser de slang in zijn eigen omgeving (zo’n twintig meter bij mij vandaan) terug te zetten…De schrik zat er bij mij goed in. Eveline haalde mij over om toch gewoon de sessie (van een week) de volgende dag te starten. Gezien de hoge prijs die we voor de stek hadden betaald, was ik redelijk makkelijk over te halen, ondanks mijn fobie. We gingen terug naar het hotel en zagen ondertussen het lampje van de benzinemeter aan gaan. “We halen het nog makkelijk” zei ik. “We hebben nog ruim vijf liter. We tanken morgenochtend wel”. Eenmaal in het hotel aangekomen waande ik mezelf in ‘Fawlty Towers’. Vrijwel niets klopte aan dit hotel. Ik zal jullie de details besparen en mij richten op de essentiële punten waarin dit hotel tekort schoot. Wij hadden om een ‘wekservice’ gevraagd bij de receptie. Om 06.00 uur wilde wij namelijk opstaan om op tijd te zijn bij de verloting van de stekken. Zowel Eveline als ik twijfelden een beetje aan het ‘personeel’ wat betreft deze wekservice en besloten voor de zekerheid het alarm op de horloges te activeren. Om precies 06.00 uur gingen de alarmen van de horloges af en we keken elkaar aan met een blik van “zie je wel, ze hebben niet gebeld”! Snel douchen aankleden en op naar het water. We namen de trap naar beneden (de lift was absoluut niet geschikt voor normaal denkende mensen, het risico om niet heelhuids beneden aan te komen was redelijk te hoog in te schatten). We vonden het knap donker. �Beneden aangekomen bij de eveneens onverlichte receptie, troffen we niemand aan! We moesten echter nog afrekenen. We gingen door het spookhotel lopen op zoek naar medemensen�, maar konden niemand vinden! We kwamen tot de conclusie dat wij werkelijk waar de enige mensen in het hotel waren, althans op de begane grond. We besloten om de koffer te gaan inladen en richting onze bestemming te gaan “Hoe ernstig kun je je vergissen” Alle deuren en ramen waren op slot! We zaten gevangen! Ik ging stressen gezien de tijd. We hadden nog een kwartier voordat de loting zou plaatsvinden. Ik overwoog een ‘raampje in te tikken’…. Eveline weerhield mij van deze actie en stelde voor om door te zoeken naar een deur of andere opening richting de vrijheid. Na nogmaals tien minuten tevergeefs te hebben gezocht, stond ik gewapend met een kandelaar in mijn hand om een tik tegen het raam te geven. Ineens horden we morren aan de voordeur en kwam er een schoonmaakster/receptioniste/eigenaresse (?) binnen. Haar werktijd ging om namelijk pas om 07.00 uur in. Ik vermeed elke discussie en trok een sprint naar mijn auto en wilde deze vast snel van de parkeerplaats afrijden… helaas ook dit was niet mogelijk. De auto stond namelijk ingesloten achter een (redelijk massief ijzeren) slagboom. Eveline moest eerst even de betaling voor de overnachting hebben afgerond eer de slagboom (traag) omhoog ging. Eenmaal het gaspedaal flink te hebben ingetrapt richting Orconte, begon het benzinelampje angstvallig veel aandacht vragen. Snel de boardcomputer aangezet en het resterende aantal kilometers opgevraagd…juist… indien ik zuinig (dus langzaam) zou gaan rijden nog 20 kilometer de afstand was ongeveer 16 kilometer… Eveline dacht iets verder vooruit en vroeg mij hoe te handelen als we daar eenmaal zijn aangekomen en de tank dan nagenoeg tank echt leeg is! Goed… snel een pitstop maken bij het tankstation en het gas erop naar Orconte. Ik kwam aan omstreeks 07.30 uur en men was nog bezig met de loting. Wij waren al getrokken en bij aankomst konden we kiezen uit de twee laatste stekken. Of stek 2 of stek 5. Ik besloot voor stek 2 te gaan omdat dit dichter bij het huisje met de sanitairvoorzieningen was. De hitte kwam al snel opzetten. De vertrekkende Engelse vismaten stonden nog even wat biertjes (07.30 uur!) weg te werken. Ik zag een Engelsman staan met een opgezwollen hand en vroeg hem wat er was gebeurd! Ach, ik was even wat wier langs de kant aan het weghalen met mijn handen en werd gebeten door een slang die zich daarin verscholen had…Met kippenvel hoorde ik zijn relaas aan en besloot om mijn tent te gaan barricaderen tegen slangen. De stek op zich was goed gebouwd. Er was genoeg schaduw en de plek was netjes met kiezelstenen bedekt. Je moest wel, als je een vis aan het drillen was, naar beneden stappen op een begroeid modderig padje en zo naar voren lopen om te kunnen scheppen. Dit kon met het oog op mijn slangenfobie een risicovol moment vormen. Ik ging de denktank in en besloot in de hitte vele emmers kiezelsteen te scheppen en deze te deponeren op het begroeide padje. Na een uurtje te hebben gewerkt in ruim 30 graden Celsius lag er een mooi paadje met kiezelstenen waar slangen nooit overheen durven te kruipen. Deze scherpe kiezels zouden immers pijn doen aan hun huid, zo had ik immers bedacht. Kijkend over het water zag ik dat alle tien de stekken bezet waren. Sommige stekken waren tweepersoons. Ik ben maar niet het aantal hengels gaan tellen (je mocht er met vier hengels per persoon zitten) want dan was mijn depressie niet meer te overzien.
De hengeldruk was immens groot, dus van dressuur is juist in dit soort waters sprake. Ik besloot om met drie hengels te gaan vissen in plaats van vier. De vierde hengel werd een reserve hengel. Wat mij op viel was dat elke (Engelse) visser met dezelfde boilies zaten te vissen! Deze vissers kregen bij aankomst namelijk een 20 kilo(!) zak boilies mee. Het waren daar gemaakte ananasboilies. Hoe bedoel je commercieel ingesteld? Dit was overigens wel in mijn voordeel. Ik was de enige niet Engelsman aan het water. Ik had besloten mijn geluk te beproeven met Plum Challenge boilies en Formula one van Kevin Nash. Ik bevestigde een PVA-zakje met boiliekruim en wat vispellets aan mijn haak en that’s it. Niks geen voerplek op zo’n klein water! Een veredelde ‘single hook bait’ dus. Omstreeks 13.00 uur was de hitte gigantisch geworden. Ruim 35 graden! De Engelse vissers werden met een bus opgehaald en naar een kantine gebracht (zij konden alleen maar een “all in one” package nemen). Wij besloten om heerlijk met zo’n tweetjes bij Leclerc te gaan lunchen. Airco! Bij terugkomst kon mijn sessie dan eindelijk gaan beginnen. Ik besloot om mijn rechterhengel (risicovol) onder een boom in te gooien, de middelste recht vooruit op een talud dat ik gevonden had en de linkerhengel langs de struiken. Ik hou namelijk van obstakelvissen. Omstreeks 19.00 uur (uiteraard tijdens het eten) kreeg ik een fluiter van de rechterhengel onder de bomen. Snel opspringend duwde ik mijn bord met macaroni in de modder en greep mijn hengel. De vis zwom nagenoeg direct bij de bomen vandaan. Dit was een opluchting voor me. Indien de vis namelijk naar het midden zwemt ga ik de vangst al voorzichtig tellen. Een mooi gestroomlijnde schubkarper gleed mijn schepnet binnen. Niet groot wel mooi. De eerste was zowaar binnen. Na een foto te hebben gemaakt en de vis te hebben teruggezet gooide ik wederom onder de bomen in. Met enige teleurstelling zag ik mijn macaroni in de modder liggen… maar de karper was het wel waard. Omstreeks 20.00 uur (ik lag net in de tent een boekje te lezen) kreeg ik wederom een gil uit mijn pieper voor hulp. Ik sprong mijn tent uit en sloeg wederom mijn rechterhengel aan. Een spiegel van 27 pond viel mij ten deel. De dril op zich stelde niet veel voor. De vis had dit kunstje al vaker meegemaakt en beleefde een déjá vu!De nacht die volgde bleef het oorverdovend stil. De volgende ochtend bleek dat ik de enige was die wat gevangen had. De rest had geen enkele aanbeet gehad. De dag die volgde was een kopie van dag één. Op de dag was het nagenoeg onmogelijk om runs te krijgen. Tegen de avond dienden zich meestal wel wat runs aan. In de vroege ochtend werd ik gewekt door ‘een zakker’. Even vreesde ik voor een brasem!Ik sloeg aan en voelde direct dat het zeker geen brasem was. Het was een log gewicht dat langzaam maar zeker mijn kant op kwam. Het deed een beetje aan een vuilniszak denken. De vis liet zich gewoon leiden door de visser. Eenmaal aangekomen bij het schepnet zag ik dat de vis wel eens de veertig pond zou kunnen halen. De unster gaf inderdaad 40,5 pond aan…. de staart van de vis was afschuwelijk gecoupeerd en echt blij met de vis was ik niet. Deze vis was zo vaak gevangen dat zijn bek veel weg had van een papegaai, neem daar de gecoupeerde staart bij en we spreken van een zwaar invalide karper zonder wagentje.
Een dag eerder dan gepland braken we de sessie af. Ik had het wel gezien. Bij het wegrijden van de stek reed ik over een met kiezelstenen bezaaide weg. Voor de auto kroop plotseling een slang over de scherpe kiezelstenen recht vooruit! Het deerde hem totaal niet. In vergelijking met andere betaalwateren scoorde dit water voor mij toch wel onvoldoende. De hengeldruk was mijn inziens véél te groot op zo’n klein water. Het water en de organisatie was erg commercieel ingesteld. Vaak (niet altijd) zijn de wateren die door Engelsen beheerd worden behoorlijk commercieel ingesteld. Maar aan de andere kant, aan de reacties van de overige vissers viel op te merken dat zij het duidelijk wel naar de zin hadden. Zo zie je maar weer dat iedere visser zijn eigen visie heeft op wat wel en niet een goed vis/betaalwater is. Gelukkig maar…